maandag 15 december 2008

De spreker doet een beroep op de stemmer

De Antwerpse Jan-met-de-pet doet een beroep op de blinde pianostemmer. Wat horen we? en wat zeggen we?

Zeggen we wel wat we horen? of Horen we niet goed wat we zeggen?

Toen ik het artikel over Keufke en de Castafiore herlas, maakte ik me de bedenking als ik geschreven zag staan d'Avontuere van Keufke:
Wat zeggen de mensen als ze "avonturen" of "avonduren" zien staan?
àvonteure of àvontuëre en oavonteure of oavontuëre?
De Nederlandse eu of uu(ë) of ui? (zeur, zuur, zuil)

Kuifje wordt als verkleinwoord kuifke verkort tot këfke (met korte, beklemtoonde doffe e. Kuif wordt als koif /koa.ef/ uitgesproken.
Zit er ook waarheid in de spelling Keufke? De korte u van het Westvlaamse "mug" lijkt ook op een doffe e. De eu van AN. deur is zeker niet in het geding. Het is en blijft een doffe e. Maar. Ik kan de naam van de reporter niet weergeven als Kefke, omdat in het Nederlands de enkele e in een gesloten lettergreep als è (van zèt, mèt, bèd) wordt uitgesproken.

Köfke doet mij nog te veel aan den Dolf denken en de massa Kreuze op soldatenkerkhoven. Bent u het eens om onze held toch Këfke te noemen?

Dan schrijven we ook petëzze in plaats van peteuzze, begëzze, mëzze, bërst, rëst, flëstere, dëster, koerëzje.

We behouden de eu voor meur ipv. muur en breur ipv. broer en schuiven dus ook naar kluir op ipv. kleur. Napoleon heeft ons couleur leren bekennen. Maar de Sansculotten hadden niets in de pap te brokken. Of zeggen we niet wat we horen?

Er is ook een verschil tussen de aa en de àà. Zot van aa. En van Aàntwààrepe! Tussen de aa van naa (AN. nu) gaa (AN. gauw) en kaa (AN. kou) en de àà van wààrek (AN. werk), dààrem (AN. darm), tàànd (AN. tand) of tàànt (AN. tante).

Zeggen we meer als we mier bedoelen? Meir als we een meer (ne plas water) bedoelen?
Miër als we meer (groter dan) willen zeggen?

Zeggen we mooder als we moeder lezen? En boor als we het over nen boer hebben?
Of is het mouder? En bour?
 

Geen opmerkingen: