Heb mij donderdag d'avontuere van Keufke met Castafiore aangeschaft. Kwestie van te kijken hoe (Madame Germaine de Coeur Brisé) David Davidse en Paul Goris het Antwerps verpakken.
In het nawoord over de uitspraakregels van het Antwerps dialect staat: De vertalers hebben gepoogd het originele woordbeeld maximaal te behouden en het gebruik van accentletters, trema's en circonflexen terwille van de leesbaarheid tot een minimum te beperken.
Het echte Antwerps is als taal niet te onderscheiden van het Nederlands. Wel is de Antwerpse uitspraak gekenmerkt door een systematische klankverschuiving ten opzichte van het Algemeen Nederlands (AN).
In een voor een groter publiek bedoelde strip is dan toch een lijst nodig van uitspraakvoorbeelden. Spijtig dat daarin klankbegrippen gebruikt worden zoals "zwakke" en "sterke" lettergrepen, "neigt naar", "zweeft tussen", met "brede tong".
Er werd dus toch gekozen voor uitspraak-afhankelijke spelling, waar hier en daar één teken staat voor twee verschillende klanken (eu voor eu en doffe e, è voor korte è en lange èè).
De niet-Antwerpenaar blijft op zijn honger zitten als hij oa en ao als teken voor respectievelijk de keel-a en de lange o voorgeschoteld krijgt. Hier en daar worden ze verwisseld (plaat 171 in de vaos die oep da meubel stoa. Joa, medam.) De ie wordt niet vervangen door de ee, blijkbaar een toegeving om de lezer niet al te zeer te confronteren met de uitspraak/klankverschuiving. De aandachtige lezer zal dus hier en daar struikelen over een inconsekwentie. Een officiële Antwerpse spelling bestaat niet, maar er kon toch wat omzichtiger omgesprongen worden met het kiezen van spellingtekens. In het geheel geeft het een slordige indruk. De modale Antwerpse lezer leest daar wel over. Frons, frons (plaat 186 Stappe ierboave?) Aoi en oi staan naast elkaar, maar hebben dezelfde uitspraak (schoif en poppegaoi, draoje).
Spaaiteg, mor ni lamère.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten